Rapportage tweede enquête onderwijsbevoegdheden.
Docenten moeten beter voorbereid worden op de groepen aan wie ze les gaan geven. Daarom moet er meer aandacht komen in de lerarenopleiding voor het lesgeven aan de kleutergroepen en aan specifieke groepen twaalf plussers (speciaal onderwijs, praktijkonderwijs, vmbo basis/kader en mbo 1 en 2). Dit zou, onder een aantal voorwaarden, kunnen leiden tot de introductie van een tweetal nieuwe bevoegdheden. Deze conclusie kan getrokken worden uit het onderzoek dat door de onderwijsorganisaties AOb, CNV Onderwijs, FvOv (waaronder NVOP), SPV, Lerarencollectief en BVMBO, onder leraren, lerarenopleiders, schoolleiders en ondersteuners is uitgezet. In het mbo zou bovendien niet langer het bestuur eenzijdig moeten bepalen welke docent welk vak geeft, maar zouden lerarenopleiding en docententeam dat gezamenlijk met het bestuur moeten vaststellen.
Kleuters en 12-plussers
Het huidige stelsel van bevoegdheden kent, in hoofdlijnen, slechts drie bevoegdheden: een bevoegdheid voor lesgeven in het basisonderwijs, een voor lesgeven in het vmbo, onderbouw havo-vwo en het mbo en een voor lesgeven in de hoogste klassen van havo en vwo. Binnen dit stelsel is er slechts één opleiding tot groepsleerkracht: de pabo leidt op tot lesgeven aan het jonge kind, het oudere basisschoolkind én 12-plussers in het vso en praktijkonderwijs. De aandacht voor het kleuteronderwijs en de 12-plussers schiet hiermee tekort. Bovendien blijkt ook in de onderbouw van het vmbo basis/kader en in mbo 1 en 2 behoefte te zijn aan breed opgeleide, pedagogisch sterke leraren die een vertrouwensband met de leerlingen kunnen opbouwen. Door voor het onderwijs aan kleuters én aan 12 plussers in het speciaal onderwijs, praktijkonderwijs, vmbo basis/kader en mbo 1 en 2, onder voorwaarden, aparte bevoegdheden als groepsleraar in te stellen, kunnen de vaardigheden en kennis van deze leraren beter op deze groepen worden toegerust. Om te voorkomen dat leraren door het behalen van zo’n specialistische bevoegdheid minder breed inzetbaar zouden zijn, zouden leraren in maximaal één jaar tijd een extra bevoegdheid als groepsleerkracht moeten kunnen halen.
Laat inzet docenten niet alleen bij mbo bestuur
In het mbo bepaalt het mbo bestuur voor welke vakken een docent kan worden ingezet, los van of hij of zij daar ook voor opgeleid is. Dat moet anders, vinden de onderwijsbonden op grond van het onderzoek. Niet het mbo bestuur, maar een overleg tussen lerarenopleiding, docententeam en het bevoegd gezag van de instelling zou dat moeten bepalen.
Onderzoek
Het verdiepingsonderzoek ‘Bevoegdheden en het opleiden van leraren: Uitgangspunten en oplossingsrichting voor po, so, vo en mbo’ werd in het voorjaar van 2021 uitgezet onder leraren, schoolleiders, lerarenopleiders en mensen in de ondersteuning. In totaal deden 10.672 respondenten uit po, so, vo en mbo aan het onderzoek mee.
Rapport ‘Bevoegdheden en het opleiden van leraren’